Juryvoorzitter was Roel Janssen
In 1978 publiceerde Anne Vondeling een boekje met de titel “De Schijn des Kwaads”. Vondeling was toen voorzitter van de Tweede Kamer en hij ging in op enkele schandalen die de Nederlandse politiek in die jaren hadden opgeschrikt. De Lockheed-affaire natuurlijk, met prins Bernhard, maar ook onthullingen dat twee prominente christendemocratische Kamerleden optraden als adviseurs van het Amerikaanse olieconcern Gulf Oil, en een sociaaldemocratisch Kamerlid lobbyde voor de Franse vliegtuigfabriek Dassault.
Vondeling wierp de vraag op of er bindende regels moesten komen voor Kamerleden. Dat was niet nodig, vond hij, de ernst van de ontsporingen was niet groot geweest – je vraagt je af wat wel ernstig genoeg zou zijn – en trouwens, de politieke partijen waren waakzaam om dit soort uitwassen te voorkomen. Gedragsregels zouden het wantrouwen in de politiek alleen maar vergroten, meende hij.
Met zo’n terughoudend oordeel zou je tegenwoordig niet weg komen. De sociale media – en trouwens ook de klassieke media – zouden er wel raad mee weten.
“De Schijn des Kwaads”.
Hoe kwam Vondeling aan deze Bijbelse titel voor zijn boek? Die had hij ontleend aan een gesprek met Jan Schinkelshoek, toen een jonge parlementaire journalist voor de Haagsche Courant, tegenwoordig lid van de jury van de Vondelingprijs. Vondeling en Schinkelshoek speelden in de schaakcompetitie van de Tweede Kamer.
Bij zo’n schaakpartij bracht Vondeling zijn boek ter sprake. Schinkelshoek, Bijbelvast, haalde een citaat aan uit de Eerste brief aan de Thessalonikers van de apostel Paulus. “Onthoudt u van alle schijn des kwaads”(1 Thess. 5:22). Hieraan ontleende Vondeling de titel van zijn boek. Bij de presentatie bedankte hij Schinkelshoek voor de Bijbelles.
Dit zou een begin kunnen zijn van een column van Aukje van Roessel, de winnaar van de Anne Vondelingprijs 2015. Waarna Aukje vervolgens zou ingaan op actuele gevallen van belangenverstrengeling waarbij politici betrokken zijn. Ik noem er enkele die me te binnen schieten: Neelie Kroes en Uber, Ben Bot en een Haags lobbykantoor, Camiel Eurlings en KLM, Wouter Bos bij KPMG, Jan Peter Balkenende bij Ernst & Young, Gerrit Zalm bij ABN Amro. Geen zittende Kamerleden in deze gevallen, wel politici die kort na hun Haagse of Brusselse carrière iets in een sector gaan doen waarmee ze als bewindspersonen te maken hadden.
Aukje zou vast en zeker de vraag opwerpen of gedragsregels iets uithalen om het vertrouwen in de politiek anno 2016 te vergroten.
En waarschijnlijk zou ze tot dezelfde conclusie komen als Vondeling in 1978.
Anne Vondeling streed tegen de verloedering van de Nederlandse taal. Hij streefde naar het gebruik van duidelijk en correct Nederlands in het politieke domein. Als voorzitter van de Tweede Kamer wees hij voortdurend op het belang van helder en begrijpelijk taalgebruik. Vandaar dat de prijs voor politieke journalistiek naar hem is vernoemd.
De jury van de Anne Vondelingprijs 2015 heeft de inzendingen beoordeeld op een kritische visie op de politiek en op de duiding van actuele politieke vraagstukken in helder en begrijpelijk taalgebruik – ik noemde het al.
Daarnaast hebben we gelet op:
- Inzicht in de politieke gang van zaken
- Reflectie op het politieke bedrijf
- Stilistische kwaliteit
- Onafhankelijkheid
- Kritisch observatievermogen nu het politieke systeem van alle kanten onder druk staat
De jury heeft dit jaar negen ingezonden en één aangedragen nominatie ontvangen – in totaal tien, één meer dan vorig jaar.
Als je in ogenschouw neemt hoeveel politieke opwinding er min of meer permanent in Den Haag is, is dat een bescheiden oogst. Er speelden het afgelopen jaar onderwerpen waarvan we verwachtten: die komen we zeker tegen bij de inzendingen. Ik noem als voorbeeld de onthullingen over de Teeven-deal – maar net als het bonnetje dat verdwenen was, hebben we hierover geen stukken gevonden.
Anderzijds: alle inzendingen waren van hoge kwaliteit. Er is sprake van hoogwaardige politieke journalistiek, individueel, in duo’s of in teamverband geproduceerd. Het was dan ook niet eenvoudig om een keuze te maken.
We lazen spraakmakende interviews, onthullende reconstructies over het Griekenland-drama en de herbenoeming van Jeroen Dijsselbloem als voorzitter van de eurogroep in Brussel, sceptische columns over de vluchtelingencrisis, een analyse van het Raadsel Rutte, stukken uit de binnenkamers van “Brussel” en artikelen over de SGP, een partij die een grotere rol speelt dan de omvang van de Kamerfractie doet vermoeden. Geen oprispingen van de waan van de dag, maar gedegen werk. Gebaseerd op eigen onderzoek, kennis van zaken en journalistiek vakmanschap, zorgvuldig gedoseerd, helder geformuleerd, betrokken en relevant.
En dan toch nog twee kanttekeningen.
Ook dit jaar ontbraken er inzendingen van de regionale pers. Dus opnieuw wil de jury de regionale media oproepen om volgend jaar spraakmakende regionale politieke stukken voor de Vondelingprijs in te sturen.
Hetzelfde geldt voor de nieuwe journalistiek, de opinie- en nieuwssites op het internet. Ze zijn inmiddels zo ingeburgerd in het journalistieke landschap dat hun elektronische stukken en longreads moeten meedingen naar een prijs die is vernoemd naar een politicus uit het lang vervlogen tijdperk van de telex en het loodzetsel.
Dames en Heren.
De jury is van oordeel dat Aukje van Roessel, politiek redacteur van het oudste weekblad van Nederland, De Groene Amsterdammer, de Anne Vondelingprijs 2015 verdient.
Aukje volgt al jaren de Haagse politiek. Haar wekelijkse rubriek ‘In Den Haag’ is een begrip rond het Binnenhof en daarbuiten. Ze becommentarieert het Haagse politieke thema van de week, maar haar rubriek is meer dan “Keek op de Week” of “Lubach op zondag”. In haar eentje doet ze verslag van gebeurtenissen waarvoor bij andere media omvangrijke parlementaire redacties aan het werk zijn. Ze is goed geïnformeerd, schrijft helder, evenwichtig en tegendraads, over een veelheid aan onderwerpen. Geregeld wijst ze op het belang van de rechtsstaat als fundament van het maatschappelijke stelsel. Het politieke spel dat in Den Haag wordt gespeeld is bij haar geen kwestie van vermaak, maar een wezenlijk onderdeel van de democratie.
Haar gedegenheid bevestigen de onderwerpen van haar columns in de afgelopen maand: grondrechten en de grondwet, dualisme, de ongemakkelijke omgang van de media met het verschijnsel DENK.
En dat doet ze met een verwonderde, open blik.
Kenmerkend is wat Aukje tegen me zei toen ik haar opbelde om te vertellen dat de jury haar de Vondelingprijs had toegekend. Ze wist niet dat ze door haar hoofdredacteur genomineerd was en zoals dat gaat als je elkaar lang niet gesproken hebt: we praatten eerst wat over de actualiteit van de dag. Ze kwam net terug van de persconferentie van de Commissie Oosting II – over het bonnetje van Teeven. Daarover zei ze: “Nou loop ik hier toch al heel wat jaren rond, en nog steeds kan ik me verbázen over wat er zich hier afspeelt.”
Die verbazing, die betrokkenheid – jarenlang volgehouden – maakt haar de welverdiende winnaar van de Vondelingprijs.
Het is voor de jury een genoegen om de burgemeester van Rotterdam, Ahmed Aboutaleb, te mogen uitnodigen om na een korte inleiding de Anne Vondelingprijs 2015 aan Aukje van Roessel uit te reiken.